info-steel-51

trams, bussen, fietsen en personenwagens. Via een ambitieus vernieuwingsproject willen de stad Oostende, de NMBS, Infrabel en De Lijn de infra- structuur en de verschillende verkeersstromen op de site opnieuw stroomlijnen. Geen barrière Aangezien de bestaande stationsparking te klein, te uitgestrekt en dus slecht georganiseerd was, stond het oplossen van het parkeerprobleem hoog op het prioriteitenlijstje. Al snel werd duidelijk dat de bouw van een nieuw, bovengronds parkeer- gebouw opportuun was. Het ontwerp is van de hand van het Frans-Oostenrijkse architectenbureau Dietmar Feichtinger Architectes. “Een ondergrondse parkeergarage zou zeer duur geweest zijn omdat de site onder het zeepeil gelegen is, dus een boven- grondse variant was in economisch opzicht de beste keuze”, vertelt Marc De Vreese, technisch directeur bij Eurostation, dat als studiebureau van de NMBS instond voor de uitwerking van het architecturale concept en de opvolging der werken. “Een belang- rijk aandachtspunt was het vrijmaken van het gelijk- vloerse niveau. Het was immers niet de bedoeling en bus, à vélo ou en voiture. Grâce à un ambi- tieux projet de rénovation, la ville d’Ostende, la SNCB, Infrabel et De Lijn souhaitent remettre l’infrastructure au diapason des différents flux de circulation. Pas une barrière Le parking existant étant trop petit, trop étendu et mal organisé, apporter une solution au problème de stationnement était clairement l’une des priorités. Très vite, l’idée de construire en surface un parking à étages s’est imposée. C’est le bureau franco-autrichien Dietmar Feichtinger Architectes qui en est le concepteur. « Un parking souterrain aurait été très coûteux en raison du fait que le site est situé en-dessous du niveau de la mer ; une alternative en surface était donc le meilleur choix économiquement parlant », explique Marc De Vreese, directeur technique chez Eurostation, le bureau d’études de la SCNB qui s’est chargé de la réalisation du projet architectural et du suivi des travaux. « Libérer le niveau inférieur fut cependant un point d’attention. Il n’était en effet pas question 70